Deel 94: ’Deze behandeling zal veel van me vragen’.

14-11-2023 17:30

 

 

 

Auteur: MARITH IEDEMA - telegraaf.nl/vrouw

 

 

 

Journalist en auteur Marith Iedema schrijft over liefde, seks en relaties. Het leven lacht haar toe, tot ze te horen krijgt dat ze borstkanker heeft. Voor VROUW doet ze verslag van wat ze meemaakt. Marith woont samen met haar geliefde Duncan en zoontje Noah (3) in Amsterdam.

 

 

’Ik heb geen last van claustrofobie, maar het idee dagelijks twee uur opgesloten te worden in dit apparaat beklemt me.’

Foto: EIGEN BEELD.

 

 

 

 

 

Ik staar in de verte. Nog steeds geen spoor te bekennen van het het Amsterdams Medisch Centrum in Zuid-Oost. Godverdomme. Hoe ver is het nog? Hijgend trap ik door terwijl de wind om mijn oren loeit.

 

Ik kom moeizaam vooruit. Ondanks verwoede pogingen om mijn conditie op te bouwen, is mijn uithoudingsvermogen nog altijd om te janken. Dat Noah en ik al zes weken grieperig zijn helpt ook niet. Nacht na nacht hoesten we onszelf en elkaar wakker.

 

De verkoudheid en het continue hoesten maken dat ik extra veel last heb van de schade die is ontstaan door de bestraling van mijn borst. Het voelt alsof mijn ribben zwaar gekneusd zijn. De pijn put me uit. Ik snak naar verlichting. Ik wil Noah weer normaal kunnen optillen en op mijn zij kunnen slapen, tegen Duncan aan.

 

Een kwartier later arriveer ik op de afdeling hyperbare geneeskunde van het AMC. Er staat een indrukwekkende tank waar mensen in blauwe ziekenhuispakken omheen scharrelen. Als ik een blik naar binnen werp, zie ik hoe patiënten hun zuurstofmaskers opzetten. Blijkbaar begint er net een sessie.

 

Hyperbare zuurstoftherapie is een behandeling waarbij je via een masker honderd procent zuurstof inademt bij een druk die hoger is dan normaal. Dit gebeurt in een soort onderzeeër. De therapie kan helpen om de klachten van late bestralingschade te verminderen. En man, zou dat fijn zijn.

 

De zuurstoftank wordt dichtgedaan door twee ziekenhuismedewerkers en dan begint het apparaat te razen als een raket die op het punt staat gelanceerd te worden. Ik kijk met weerzin toe. Ik heb geen last van claustrofobie, maar het idee dagelijks twee uur opgesloten te worden in dit apparaat met een masker op beklemt me.

 

 

Zon, zee, strand:


„Mevrouw Iedema, komt u mee?”

 

Ik volg een arts naar een kamertje zonder daglicht.

 

„Wanneer begon uw pijn?”

 

„Zo’n half jaar na de bestraling.”

 

De dokter knikt tevreden. Blijkbaar is dat het goede antwoord.

 

„U bent een uitstekende kandidaat. We kunnen uw therapie gaan inplannen. Volgende week maandag beginnen, wat denkt u ervan?”

 

„Ehhh…” ik hakkel. Ik kom om me te oriënteren en dit overvalt me. Vanmorgen hadden Duncan en ik het nog over een last minute reis naar Kaapstad. Zon, zee, strand.

 

Maar ja, wat is wijsheid?

 

„Om hoeveel weken gaat het ook alweer?” vraag ik.

 

„Je krijgt dertig tot veertig sessies van twee uur gedurende zes tot acht weken.”

 

Ik knipper met mijn ogen.

 

Zes tot acht weken. Dag in dag uit. Hoe doe ik dat met werk? En wat als Noah niet naar de crèche kan omdat hij ziek is? Van het idee alleen al krijg ik hartkloppingen.

 

„Hoe groot is de kans van slagen?”

 

„Bij ongeveer 70 procent van de patiënten worden pijnklachten minder.”

 

Dat is veel.

 

Ik kijk naar mijn handen.

 

„Sorry, ik wil niet ondankbaar zijn. Ik vind het echt geweldig dat ik deze behandeling kan krijgen. Maar ik denk dat ik het op dit moment niet aankan.”

 

Ik geef een korte samenvatting. Werkstress plus griep, een ziek kind, al weken. En deze behandeling zal veel van me vragen.

 

„Het is een enorme tijdsinvestering, mevrouw Iedema. En wij raden patiënten aan er uitgerust aan te beginnen. Anders heeft de behandeling wellicht niet het gewenste resultaat.”

 

Oké, mooi – dat wilde ik horen.

 

Eerst van dat virus afkomen en dan vakantie vieren. Misschien helpt dat wel tegen de pijn. Wie weet.

 

En zo niet: die zuurstoftank loopt niet weg.

 

 

 

 

Bron: www.telegraaf.nl