Gemiddeld meer zaadbalkankerpatiënten bij defensie.
“We moeten deze mannen echt meer bewust maken”
Jeroen Peters, militair huisarts en brigade-arts:
“In het buitenland hangt ‘Check your balls’ wel in kleedkamers”
Wat mij opvalt, is dat in het buitenland (VS/UK), in kleedkamers van de kazernes of sportfaciliteiten altijd wel een poster hangt. ‘Check your balls monthly’, luidt de boodschap. In Nederland zie ik ze niet (meer) hangen. En dat terwijl de mannen die bij ons werken bijna allemaal tot de doelgroep behoren. In de 13 jaar dat ik dit werk doe, heb ik zo’n 225 mannen met zaadbalkanker gezien. Sommige civiele huisartsen zien het 1 keer in hun carrière. Ik ben bijvoorbeeld scherp op mannen met borstontwikkeling. Veel civiele huisartsen weten niet dat dat een signaal in de richting van zaadbalkanker kan zijn.
Daarnaast probeer ik vooral bewustwording te creëren. Check gewoon een keer in de maand die ballen, mannen. Of laat het je partner doen. Want vaak hoor ik mannen op mijn spreekuur zeggen: mijn partner heeft iets gevoeld.
De ‘Check je kiwi’s’ campagne van Stichting Zaadbalkanker sluit hier natuurlijk mooi op aan. Het was voor mij een trigger om hier werk van te maken binnen defensie met een postercampagne. Dat de boodschap van een stichting komt, maakt het extra krachtig. Want ik weet dat veel mannen die de diagnose krijgen nog nooit van zaadbalkanker hebben gehoord. Het is niet zo dat het een taboe is, maar ik wil het gesprek wel op gang brengen vóórdat iemand ermee te maken heeft. Voorlichten is stap 1, hoe je elke maand moet checken is stap 2. Daar komt een beetje discipline bij kijken, maar dat hebben deze mannen wel.”
Bjorn Vosselman, militair en zaadbalkankerpatiënt:
“Teelbalkanker kende ik, maar checken had ik nog nooit gedaan”
De arts op de kazerne vertelde me dat het twee dingen kunnen zijn. Een waterbreuk of zaadbalkanker. Hij stuurde me direct door naar het ziekenhuis. En ik ging eigenlijk wel uit van het ergste. Teelbalkanker kende ik wel van naam, maar ik moet eerlijk toegeven: checken heb ik echt nog nooit gedaan. Het lijkt zo ver van je bed. Met collega’s heb ik het er ook nooit over gehad. Tot je het zelf hebt, dan kent opeens iedereen wel iemand met zaadbalkanker.
Ik sta er heel open in, zie wel wat er op me afkomt . Natuurlijk is het balen dat je hiermee te maken hebt, en ben je bang dat het terugkomt. Ik heb ook een kinderwens, dus dat je daar nu opeens over moet nadenken is wel heftig.
Ik kon na de operatie drie dingen doen: niets, chemo en nagenoeg onvruchtbaar worden, of 10-15 keer bestralen. Ik vond het risico van niks doen wel groot, 25-30% kans op terugkeer is aanzienlijk. Dus heb ik toch voor de chemo gekozen. Eén behandeling was in mijn geval voldoende. Die week was afzien en daarna heb ik mijn leven weer opgepakt. Ik heb me na de operatie trouwens wel een ruime week down gevoeld. En zo ben ik helemaal niet, dus ik wist dat er iets niet goed zat. Mijn testosteronwaarde was te laag. Maar inmiddels heeft mijn andere bal de aanmaak van testosteron weer opgepakt en zit ik ook veel lekkerder in mijn vel. Ik ben snel weer gaan werken en sporten. Zo doe ik alles op mijn eigen manier. Met steun van mijn ouders en broertje. Vrienden heb ik wel gevraagd of zij hun ballen wél checken. Niemand deed het, nu wel. Het zou een gewoonte moeten worden. Ik hoop dat ze dat nu beseffen. Ik in elk geval wel. En ik was er op tijd bij, dat scheelt. Ik heb ook helemaal geen tijd voor kanker, dacht ik, toen ik de diagnose kreeg. Ik ben in de bloei van mijn leven. Mensen waarschuwen mij voor een klap, waarvan ik natuurlijk hoop dat die niet gaat komen.”
Bron: www.magazine.zaadbalkanker.nl