Extra onderzoek voor jongvolwassenen met kanker.
Steeds meer personen tussen de 18 en 39 jaar in Nederland krijgen kanker. Deze jongvolwassenen worden AYA’s genoemd: Adolescents and Young Adults. Om behandeling voor deze groep te verbeteren, neemt het Deventer Ziekenhuis deel aan het onderzoek GENAYA. Erika ten Berge, researchcoördinator oncologie, vertelt erover.
Deelname aan wetenschappelijke onderzoeken:
‘Het Deventer ziekenhuis heeft de oncologische zorg hoog in het vaandel staan,’ stelt Erika. ‘Daarom nemen we deel aan verschillende oncologische wetenschappelijke onderzoeken. Dankzij deze deelname krijgen we in een vroeg stadium toegang tot nieuwe behandelmethoden, maar ook de kans om daar ervaring mee op te doen.’ Al deze onderzoeken hebben één doel: de behandeling van mensen met kanker verbeteren.
Afwijkingen in het DNA opsporen:
De Hartwig Medical Foundation startte GENAYA: een wetenschappelijk onderzoek dat het DNA van zo’n 1000 jongvolwassenen met (uitgezaaide) kanker compleet in kaart brengt. Het doel is om nauwkeuriger diagnoses te stellen en vroegtijdig te kijken naar aanvullende behandelopties. Wat GENAYA uniek maakt, is dat het zich richt op afwijkingen in het DNA in plaats van de oorzaak van de tumor. Erika: ‘Hierdoor kunnen medicijnen mogelijk gerichter worden ingezet en wordt informatie verzameld voor toekomstige behandelingen.’
Hoe werkt dit in het Deventer Ziekenhuis?
Dankzij GENAYA kunnen we jongvolwassenen met (uitgezaaide) kanker de optie bieden om hun volledige DNA uit te laten lezen. Het laboratorium van de Hartwig Medical Foundation brengt beschadigingen in de tumorcellen in beeld. Het resultaat wordt teruggestuurd naar de behandelend arts, die samen met de patiënt bespreekt of de resultaten aanleiding zijn voor nieuwe of extra behandelingen.
Zorg voor patiënten continu verbeteren:
‘Het is van grote waarde dat wij aan dit onderzoek kunnen deelnemen,’ zegt Erika. Dankzij ondersteuning van het researchteam oncologie kan het Deventer Ziekenhuis meedoen aan studies zoals GENAYA. Erika vervolgt: ‘Wij kunnen onderzoek centraal en efficiënt coördineren. Daarom worden we regelmatig benaderd voor deelname aan zowel nationale als internationale studies. En dat is belangrijk, want zo blijven we de zorg voor onze patiënten continu verbeteren.’
Bron: www.dz.nl/nieuws/algemeen