Dr. Martin Heine is in het Prinses Máxima Centrum gestart als onderzoekgroepsleider. De Heine-groep wil in nauwe samenwerking met Máxima International de wereldwijde ongelijkheid in de zorg voor kinderen met kanker verkleinen. ‘Gezamenlijk onderzoek en gelijkwaardige internationale samenwerkingen staan aan de basis om dit doel te bereiken.’

 

Over de hele wereld krijgen kinderen kanker, jaarlijks ruim 400.000 kinderen. Maar lang niet overal kunnen kinderen rekenen op goede zorg, of bijvoorbeeld tijdige toegang tot zorg of een precieze diagnose. Hun kans op genezing is daarom sterk afhankelijk van in welk werelddeel en land zij leven. In lage- en middeninkomenslanden, waar 80% van de kinderen met kanker woont, is de overleving van kinderkanker 20%. In hoge inkomenslanden, waaronder Nederland, is dit andersom. 

 

Een minimale overlevingskans van 60% voor alle kinderen met kanker, wereldwijd, is waar Heine samen met Máxima International naar streeft. Dit is ook het doel van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO). ‘We willen dat ieder kind met kanker, waar ook ter wereld, toegang heeft tot goede zorg. Niet alleen nu, maar ook in de toekomst.’

 

 

Implementatieonderzoek:

Om de wereldwijde ongelijkheid in zorg voor kinderen met kanker te verkleinen gaat Heine gebruikmaken van implementatieonderzoek. Dit is een werkwijze waarmee je kijkt naar hoe bewezen effectieve zorg het beste ingevoerd en volgehouden kan worden in de praktijk. Heine: ‘Dat klinkt simpel, maar vraagt om maatwerk.  Zeker in landen waar middelen schaars zijn.

 

 

Heine gaat aan de slag met vijf thema’s die de basis vormen voor veranderingen om ongelijkheid in de zorg voor kinderen met kanker te verkleinen. 

 

Het gaat om de thema's:  

 

•  Innovatie – Bestaande behandelingen en werkwijzen in de zorg aanpassen of omdenken, zodat ze bij de lokale omstandigheden passen. Dit gebeurt onder andere in samenwerking met zorgverleners, families en beleidmakers.

• Proces – Onderzoek naar verschillende manieren om ervoor te zorgen dat de aanpassingen blijvend in te voeren. Bijvoorbeeld, wat werkt beter om een innovatie in de praktijk te brengen? Een onderwijsprogramma of een verandering in het beleid?

• Persoonlijk – Beter begrijpen hoe kinderen en hun ouders, zorgverleners en beleidsmakers met elkaar omgaan en meewerken om te zorgen voor structurele verandering. Welke houdingen, kennis en motivaties spelen daarbij een rol

• Interne omgeving – Nagaan welke rol ziekenhuizen en andere organisaties spelen bij het toewerken naar verbeterde zorg.

• Externe omgeving – Begrijpen hoe (overheids)beleid, culturele verschillen en financiering de zorg beïnvloeden. 

 

 

 

Vanuit zijn onderzoeksgroep werkt Heine nauw samen met Máxima International, de verschillende twinningpartners en andere onderzoeksgroepen waarbij implementatie een belangrijke rol speelt. Máxima International heeft als doel om mede via internationale samenwerkingen bij te dragen aan het verhogen van de kwaliteit van kinderoncologische zorg, onderwijs en research. 

 

Martin Heine: ‘In sommige landen zijn de overlevingskansen voor kinderen met kanker hoog. Het probleem is dus niet dat we niet altijd weten hoe we kinderkanker kunnen genezen, maar dat wat werkt en bijdraagt aan hoge overleving en goede zorg, niet overal is of kan worden ingevoerd. Ik kijk er naar uit om samen met die uitdaging aan de slag te gaan!’ 

 

 

 

 

 

Bron: www.research.prinsesmaximacentrum.nl