Waarom meer patiënten borst- dan alvleesklierkanker overleven (en andere verschillen uitgelegd).
Auteur: Ellen van Gaalen - parool.nl/nederland
Het verschil in overlevingskansen zit hem vooral in hoe snel kankersoorten uitzaaien en hoe ze reageren op behandeling.
Robin van Lonkhuijsen/ANP.
Hoewel elk jaar meer kankerpatiënten hun ziekte overleven, profiteert niet iedereen van doorbraken in de medische wetenschap. Want, zo blijkt uit cijfers van kankercentrum IKNL, het maakt uit hoe oud je bent én wat voor soort kanker je krijgt. Oncologisch chirurg Ignace de Hingh legt uit.
Waardoor overleven elk jaar ongeveer duizend kankerpatiënten méér hun ziekte?
Waarom hebben oudere kankerpatiënten nog altijd veel slechtere overlevingskansen dan jongeren, ondanks alle medische vooruitgang?
Nieuwe behandelingen, zoals immuuntherapie bij darmkanker, zijn minder belastend en kunnen ook aan oudere patiënten worden aangeboden. Maar een behandeling voor bijvoorbeeld alvleesklierkanker – met chemotherapie, bestraling en een zware operatie – is voor ouderen vaak te belastend.
Hoe komt het dat de overlevingskansen zo enorm verschillen tussen kankersoorten – van 90 procent bij huidkanker tot minder dan 10 procent bij alvleesklierkanker?
Uitgezaaide kanker is bijna altijd lastig te behandelen. Hoe komt dat?
Toch boeken artsen ook bij uitzaaiingen vooruitgang, zoals bij darmkanker. Het immuunsysteem herkent darmkanker bij 5 procent van de patiënten en wil die opruimen. De kankercellen blokkeren echter die opruimactie, waardoor er niets gebeurt en de kanker kan uitbreiden.
Toen onderzoekers dat mechanisme snapten, konden ze een immuuntherapie ontwikkelen. Zo werd zelfs uitgezaaide dikkedarmkanker voor een specifieke groep patiënten te genezen. “Dat was twintig jaar geleden echt ondenkbaar,” zegt De Hingh. Dit geldt ook voor melanomen, nier- en longkanker. Het gaat om tumoren met specifieke dna-afwijkingen waar nieuwe medicijnen op inwerken.
Is jaarlijks 1 procent méér patiënten die overleven eigenlijk wel genoeg?
De Hingh is positief over de groeiende overlevingskansen: “Natuurlijk hebben we kanker het liefst morgen nog de wereld uit, maar zo zal het niet gaan.” Hij benadrukt dat al die stapjes nodig zijn. Wat twintig jaar geleden ondenkbaar was, is nu realiteit.
Wie weet wat er nog komen gaat, wil hij maar zeggen. Wereldwijd storten wetenschappers zich op meer onderzoek naar kanker. En ja, bij sommige tumortypes, zoals alsvleesklierkanker, blijft het wachten op een echte doorbraak. “Als je ziet hoe ingenieus kankercellen zich kunnen verweren tegen wat we doen, kan de moed je soms in de schoenen zakken. Dan denk je dat het een kat-en-muisspel zal blijven.”
En toch: de kans op overleving is over dertig jaar met meer dan 20 procent gestegen, stelt hij. “Als je die stapjes blijft zetten, kan je in twintig jaar dus enorme vooruitgang boeken.”
Bron:www.parool.nl