Deel 95: ’De kans op verbetering schat hij op tien procent’.

21-11-2023 18:28

 

 

 

Auteur: MARITH IEDEMA - telegraaf.nl/vrouw

 

 

 

Column.

 
 
 
Journalist en auteur Marith Iedema schrijft over liefde, seks en relaties. Het leven lacht haar toe, tot ze te horen krijgt dat ze borstkanker heeft. Voor VROUW doet ze verslag van wat ze meemaakt. Marith woont samen met haar geliefde Duncan en zoontje Noah (3) in Amsterdam.
 
 
 
 
 
'Met een naar gevoel loop ik de trap af naar de receptie.'
Foto: EIGEN BEELD.
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Op de fiets zing ik vrolijk mee met mijn lievelingsliedje terwijl de regen in mijn gezicht striemt. Morgen vertrek ik naar Kaapstad met mijn familie. Dus helemaal níks kan mijn humeur bederven. Een beetje zenuwachtig ben ik wel voor mijn afspraak bij ’de beste kliniek voor plastische chirurgie in Nederland’. Volgens henzelf dan.
 
 
 
 

Privékliniek:

 

Ik hoop na mijn vakantie geopereerd te worden aan mijn misvormde borst. Bij het ziekenhuis sta ik op een wachtlijst. Over twee jaar ben ik aan de beurt. Zoveel geduld heb ik niet. Dus heb ik op aanraden van mijn ziekenhuischirurg een goede privékliniek gezocht.
 

Eigenlijk vindt mijn plastisch chirurg me geen geschikte kandidaat voor een reconstructie met lichaamseigen vet. De kans op verbetering schat hij op tien procent. Hij wil mijn borst liever oplappen met de zeer ingrijpende ’rugspiermethode’. Dan snijdt hij een soort halve mango uit mijn rug, en plaatst die aan de onderkant van mijn borst. Een operatie van meer dan zes uur met een hersteltijd van tenminste twee maanden. Nou, dank je feestelijk.

 

 

Domper:


Plastisch chirurg S. kijkt me zwijgend aan. Hij blinkt niet uit in vriendelijkheid. Hopelijk wel in zijn werk. „De ziekenhuischirurg zei dat de lipofillingbehandeling in het geval van borstkanker deels vergoed wordt, óók als ik me laat opereren bij een privékliniek. Jullie moeten dan wel de aanvraag voor mij indienen,” zeg ik.

 

Plastisch chirurg S. zucht theatraal. „Dat lijkt me sterk. Ik heb er nog nooit van gehoord en ik doe dit werk al heel lang.” Extra arbeid. Daar zit hij duidelijk niet op te wachten. Dat is een domper. S. kijkt demonstratief op zijn horloge. „Laten we maar even kijken.”

 

Met tegenzin ga ik staan. Eigenlijk heb ik nog meer vragen, maar blijkbaar dringt de tijd.

 

 

Vijftienduizend euro:

 

In alleen een string sta ik even later voor de spiegel. De ogen van de arts glijden onderzoekend over mijn lijf. Hij knijpt in mijn buik, dan in mijn lovehandles en vervolgens pakt hij mijn bovenbenen op verschillende plekken vast, terwijl hij hummende geluiden produceert.

 

„We moeten het hier vandaan halen, en hier, hier, hier en hier.”

 

„Gaat het om drie zones?” vraag ik hoopvol.

 

„Nee,” zegt hij bars. „Omdat je niet genoeg vet hebt op één plek moet ik overal beetjes weghalen. Dus dit is een zone, dit, dit, dit, dit, dit en dit.”

 

Ik reken uit. Het vullen van de borst kost 6500 euro. Daarnaast betaal je per liposuctiezone een bedrag van 1200 euro. De operatie zal uitkomen op zo’n vijftienduizend euro. Fuck.

 

Dan richt plastisch chirurg S. zijn aandacht op mijn linkerborst. Met koude vingers strijkt hij over de bobbelige huid - mijn litteken is samengetrokken door de bestraling. Ik kijk naar mijn eigen spiegelbeeld en wend snel mijn blik af. In deze door tl-buizen verlichte ruimte lijkt de schade nog erger.

 

„Over een paar maanden kun je geopereerd worden, schat ik. Je hebt nu nog te veel last van oedeem, van vochtophoping in het bestraalde gebied.” Ik knik. Daar was ik al bang voor. Sinds een paar maanden staat de huid van mijn bestraalde borst loeistrak.

 

 

’Ik kijk naar mijn spiegelbeeld en wend snel mijn blik af. In deze door tl-buizen verlichte ruimte lijkt de schade nog erger.’

Foto: EIGEN BEELD.

 

 

 

 

 

Naar gevoel:


S. gaat zitten en begint te typen. Even later overhandigt hij me een factuur. De totaalprijs komt overeenkomt met wat ik zelf al even snel had uitgerekend. Ik slik. „Je kan beneden bij de receptie een afspraak inplannen. Daag.”

 

„Eehh. Mag ik nog wat vragen alstublieft?” Verstoord kijkt hij op. „Eerder kreeg ik te horen dat de kans op verbetering in mijn geval maar tien procent was. Hoe denkt u daarover?” „Komt vast goed,” zegt hij nonchalant, alsof het om iets compleet onbelangrijks gaat. En dan concentreert hij zich weer op zijn computer.

 

Gelooft hij werkelijk dat het goed komt? Of wil deze man gewoon geld verdienen? Met een naar gevoel loop ik de trap af naar de receptie. Maar als ik daar ben aangekomen weet ik ineens zeker: néé, ik wil niet dat deze kerel me ooit nog aanraakt, laat staan in me snijdt. Dus plan ik geen vervolgafspraak in.

 

Even later sta ik weer in de stromende regen, geen steek verder. Maar morgen ga ik naar Kaapstad. Dus niks kan mijn humeur bederven.