Leskoffer helpt zieke leerling, leerkracht en klas om met de situatie om te gaan.

15-02-2024 17:22
 
 
 
Tekst en interview: Willemarijn Verheij.
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Stel: je bent leerkracht of docent en hoort dat één van je leerlingen ernstig ziek is. Jouw leerling heeft kanker. Misschien ben je volledig uit het veld geslagen. Misschien schiet je meteen in de actiestand. Hoe dan ook: de situatie zorgt voor veel vragen. Hoe vertel ik dit aan de klas? Hoe kan ik er voor de leerling zijn? En… is school nu eigenlijk wel belangrijk? Dat is het zeker en juist om die reden heeft de Vereniging Kinderkanker Nederland de leskoffer ontwikkeld. Ik interview Gerda. Ze heeft in haar eigen gezin te maken gehad met kinderkanker en is nu lid van de werkgroep onderwijs bij de vereniging. Vol passie geeft ze antwoord op mijn vragen.

 

 

 

 

 

 

Blijven ontwikkelen, steun en medeleven ontvangen, gewoon kind zijn. Daar draagt school aan bij. Als de behandeling het toelaat is het fijn als de leerling gewoon op school kan zijn, om daar ook weer met normale dingen bezig te zijn. Daarvoor is het wel noodzakelijk dat leerkrachten en klasgenoten weten en begrijpen wat de leerling meemaakt. Gerda vertelt: ‘Sommige kinderen hebben bijvoorbeeld sondevoeding, die hebben een slangetje in hun neus. Als medeleerlingen weten wat dat betekent, dan vinden ze het niet meer eng. En dan zien ze ook door alles heen gewoon het kind dat de leerling voor die tijd was.’ De leskoffer, een grote koffer vol met informatie, spel- en lesmateriaal, helpt hierbij; hij zorgt voor duidelijkheid en begrip en helpt leerkracht en klasgenoten een warme omgeving creëren voor de zieke leerling.

 

 

Inhoud:


Er zijn meerdere soorten leskoffers; afgestemd op de situatie en de leeftijd van de doelgroep. Zo is er een leskoffer voor de onder- midden- en bovenbouw van het primair onderwijs. In de koffers zit veel informatie voor de leerkracht, zoals het boek ‘Wat nu? Een leerling met kanker!’ van Tanja van Roosmalen, adviezen over het gebruik van de koffer, brochures over verschillende soorten kinderkanker, maar ook informatie over het omgaan met broers en zussen van de zieke leerling. Verder bevatten de koffers lessuggesties, boeken voor de leerlingen en passend spelmateriaal. Er zijn bijvoorbeeld verkleedkleren en een poppenkastspel voor de kleuters en een ziekenhuis van Playmobile voor de middenbouw.

 

 

'Het zou fijn zijn als bijvoorbeeld de mentor samen met de klas aan de slag gaat met de lessuggesties en kijktips, zodat er in ieder geval onder de klasgenoten begrip is. '

 
 
 
 
 

Ook digitaal:


Deze koffers zijn niet alleen te bestellen, maar ook digitaal beschikbaar via een aan te vragen toegangscode. In deze digitale koffers zit net als in de fysieke koffers informatie voor de leerkracht, lessuggesties, kijk- en leestips. Voor het voortgezet onderwijs is alleen een digitale leskoffer beschikbaar. Het mooie aan de  lessuggesties van deze koffer is dat de doelgroep zelf heeft meegedacht: veel ideeën zijn afkomstig van leerlingen uit het voortgezet onderwijs. ‘We weten dat deze koffer minder gebruikt wordt. Dit komt waarschijnlijk doordat er zoveel verschillende docenten bij een klas betrokken zijn en het daardoor meer moeite kost. Toch is het jammer, want de zieke leerling mag niet vergeten worden! En met zoveel docenten en de soms grote klassen is dat risico er wel. Het zou fijn zijn als bijvoorbeeld de mentor samen met de klas aan de slag gaat met de lessuggesties en kijktips, zodat er in ieder geval onder de klasgenoten begrip is.
 
 

Niet meer beter:


Ook is de ‘leskoffer voor als een leerling niet meer beter wordt’ ontwikkeld. Wanneer een leerling niet meer beter wordt, geeft dit andere vragen. De impact is groot en het kan moeilijk zijn om over dit onderwerp te praten. De leskoffer biedt handvaten. Naast informatie, materiaal en lessuggesties bevat deze koffer een draaiboek ‘rouw en verlies’ voor het basisonderwijs en een rouwprotocol voor het voortgezet onderwijs.

 

Naast de eerder genoemde koffers, zijn er nog twee lespakketten ‘anti-schelden’ voor het basisonderwijs en het voortgezet onderwijs. Deze bevatten lessuggesties die ingaan op wat kanker is, wat de impact is van schelden met kanker en hoe je om kunt gaan met kanker in je eigen omgeving. Als laatste is er een lespakket voor als een ouder van een leerling kanker heeft.
 
 

Lessuggesties:


Genoeg materiaal én mogelijkheden dus. Misschien een beetje overweldigend zelfs? ‘Dat valt wel mee. De leskoffer bevat niet voor niets lessuggesties: het is geen stappenplan dat van voor naar achter moet worden afgewerkt. Soms blijkt dat leerlingen niet zoveel behoefte hebben aan het materiaal. Dat is niet erg. Het feit dat de koffer er is, creëert een stukje openheid.’ De leerkracht kent de klas het beste en is de aangewezen persoon om te bepalen wat er bij de klas en de behoeften die er leven past. Wat de inzet makkelijker maakt, is dat de lessen afwisselend zijn en vaak een creatieve verwerking hebben. Zo is er bij de koffer van de middenbouw een les over het Prinses Máxima Centrum waarbij de leerlingen samen een ziekenhuis ontwerpen door allemaal een kamer te tekenen. Foto’s of vlogs van dit zelfverzonnen ziekenhuis kunnen naar de zieke klasgenoot worden gestuurd. 

 

 

'Soms blijkt dat leerlingen niet zoveel behoefte hebben aan het materiaal. Dat is niet erg. Het feit dat de koffer er is, creëert een stukje openheid.’

 

 

 

Bij de les over de Kanjerketting wordt een boodschap voor de zieke klasgenoot bedacht, waarbij de klasgenoten vervolgens zelf een passende kraal maken. Bij dezelfde les wordt ook voorgesteld om de zieke leerling zelf te betrekken, door hem te laten vertellen over zijn eigen Kanjerketting. Uiteindelijk draait het bij de inzet van de leskoffer om de volgende drie vragen: ‘Wat heeft de zieke leerling nodig?’, ‘Wat heeft de klas nodig?’ en ‘Wat heeft de leerkracht nodig?’. Om te bepalen wat de zieke leerling nodig heeft, is het belangrijk om de lessen áltijd af te stemmen met de ouders en waar mogelijk met de leerling zelf. Wat willen zij dat er wordt verteld? En wil de leerling zelf bij de lessen aanwezig zijn of is al die aandacht juist te veel?

 

 

Positieve reacties:


De reacties op de leskoffer zijn positief. ‘Wat fijn dat dit materiaal er is!’ Ook op de ‘Niet meer beter’ koffer komen positieve reacties. De koffer blijkt rust en houvast te geven in de zo verdrietige situaties. Of Gerda daar een voorbeeld van heeft? Ze denkt even na en vertelt over een meisje in groep vier dat niet meer beter werd. De gewone leskoffer was in deze klas ingezet, maar toen bekend werd dat het meisje niet meer zou genezen, werd al vroeg in deze fase ook de koffer ‘niet meer beter’ aangevraagd. School en ouders dachten samen na over hoe het afscheid eruit moest komen te zien. Toen het meisje overleed, lag er een draaiboek klaar en werd er op een mooie manier afscheid genomen door de klas.

 

 

De koffer aanvragen?


Hoe zijn de leskoffers aan te vragen? Kort na de diagnose stuurt de Educatieve Voorziening van het Prinses Maxima Centrum een mail naar de school van de zieke leerling met veel informatie voorde leerkracht over onderwijs aan de zieke leerling. In deze mail staat ook een link naar het aanvraagformulier en de contactgegevens van de Vereniging Kinderkanker Nederland. Het initiatief om de koffers aan te vragen ligt vervolgens bij de school. Dat laatste is belangrijk. Gerda: ‘Voor ouders is het rondom de diagnose alsof er een bom ontploft in het gezin. School heeft soms niet meteen hun aandacht.’ Als een school de fysieke leskoffer aanvraagt, neemt Gerda contact op en stuurt de koffer vervolgens tegen verzendkosten op. De school mag de leskoffer ongeveer vier weken houden.

 

 

De leskoffer is een product dat je als school liever nooit nodig hebt. Maar als dat wel zo is, dan is het een waardevol en praktisch hulpmiddel om met de zieke leerling en de situatie om te gaan.

 

 

 

 

Foto: Gerda.

 

 

 

 

 

Bron: www.kinderkankernederland.nl/nieuws